Vreemde Start-Up Gewoontes die toch Succes Kunnen Bevorderen

Weet je wat het eerste is waarmee de meeste startups aan de slag gaan? Hun logo en bedrijfsnaam. Vaak wordt hieraan uren of zelfs dagen besteed, nog voordat de startup weet hoe ze geld gaat verdienen en op welke manier ze waarde gaat toevoegen. Vind je dat niet een beetje vreemd? Dit artikel gaat over vreemde gewoontes van startups die misschien toch helemaal nog niet zo gek zijn.

Eerst een bedrijfsnaam en logo en dan pas weten hoe je geld verdiend

Het lijkt inderdaad logisch om eerst te begrijpen wat je als startup gaat doen en hoe je waarde gaat toevoegen. Echter, voor veel mensen hebben de bedrijfsnaam en het logo een grote symbolische waarde.

Ik heb al meerdere ondernemingen opgericht, en toen ik in 2015 samen met een paar voormalige collega’s een nieuw reclamebureau begon, wilde ik eerst de naam en het logo weten. We wisten dat we iets in de reclamewereld wilden doen, iets met strategie en campagnes, maar de exacte invulling was op dat moment nog vaag.

Tijdens een brainstormsessie kwam de naam “Mindd” naar voren. De tweede ‘d’ stond voor ‘The,’ en zo ontstonden namen als ‘Mind The Purpose,’ ‘Mind The Nature,’ en ‘Mind The Commerce.’ Het logo had verschillende kleurvarianten en bestond uit een vierkantje met een klein rondje. Dat rondje symboliseerde wat wij als startup zouden toevoegen. Commerciële bedrijven kregen van ons kennis over purpose, en NGO’s kregen van ons kennis over commerce. Op die manier wisten we, dankzij de bedrijfsnaam en het logo, hoe we ons zouden positioneren en wat voor soort reclamebureau we zouden zijn.

De emotie achter een logo en bedrijfsnaam speelde een grote rol. Opnieuw een reclamebureau starten was op zich al spannend, maar pas toen ik de bedrijfsnaam hoorde en het logo zag, kon ik mijzelf emotioneel verbinden met de nieuwe onderneming. Het gaf als het ware leven aan het project.

Eerst investeerders vinden en dan pas geld verdienen

Er zijn startups die geloven dat ze met alleen een goed idee geld kunnen ophalen bij investeerders. Hoewel er in het verleden voorbeelden zijn waarbij dit is gelukt, is de kans op succes doorgaans minimaal. Toch is het gezegde “niet geschoten is altijd mis” van toepassing.

Ik ben echter van mening dat het altijd verstandig is om met investeerders te spreken. Dit kan wellicht niet alleen dienen om geld op te halen voor je startup, maar ook om waardevolle feedback te krijgen. Investeerders bekijken jouw onderneming vaak met een andere blik en hebben inzicht in de waarde die je toevoegt. Daar kun je ontzettend veel van leren.

Bovendien beschikken investeerders vaak over een uitgebreid netwerk en kunnen ze in een latere fase van je startup van grote waarde zijn wanneer je wel klaar bent om kapitaal aan te trekken. Het opbouwen van deze relaties kan op de lange termijn zeer gunstig zijn voor de groei en het succes van je onderneming.

Een startup beginnen zonder businessplan

Sommige startups besteden dagen, zo niet weken, aan het schrijven van uitgebreide ondernemingsplannen en financiële prognoses. Hoewel ik deze benadering waardeer, is dit niet altijd de beste weg.

Ikzelf ben in staat om een businessplan en financiële prognose in twee tot drie dagen op te stellen. Dit is dankzij mijn marktkennis, ervaring als ondernemer en vaardigheid in het schrijven van dergelijke plannen. Als ik een schatting maak, kan ik putten uit een schat aan ervaringscijfers uit het verleden van verschillende ondernemingen. Maar als je niet over die kennis en ervaring beschikt, kan het soms beter zijn om gewoon te beginnen.

Elk startupplan dat ik ooit heb geschreven, bleek na ongeveer zes maanden hopeloos verouderd te zijn. En ik ben niet de enige bij wie dit gebeurt. Het is een feit dat je de toekomst niet kunt voorspellen, en juist als startup moet je anticiperen op onverwachte omstandigheden die zich voordoen.

Door simpelweg te beginnen, kun je gaandeweg je plan ontwikkelen op basis van de ervaringen die je opdoet. Op die manier worden de aannames getoetst aan de realiteit, en wordt je ondernemingsplan steviger. In mijn aanpak begin je weliswaar met een plan, maar je past het ook aan terwijl je verder gaat. Het verschil is dat ik geen weken of maanden besteed aan het initiële plan schrijven.

Richt je pijlen op meerdere doelen

Een van de belangrijkste adviezen die je als startup krijgt, is om je volledig te richten op één onderneming. “Focus, focus, focus” is het mantra van bijna elke mentor voor startups, en in essentie ben ik het daar volledig mee eens. Er zijn echter uitzonderingen.

Hoewel het vrijwel onmogelijk is om een onderneming van de grond te krijgen als het niet je volledige aandacht krijgt, kan het ook zijn dat je nog niet precies weet welke richting je wilt inslaan. Door meerdere activiteiten te ontplooien, kun je gaandeweg ontdekken welke activiteit het beste bij je past, het meest winstgevend is en de meeste waarde toevoegt.

De kunst is natuurlijk om, zodra je hebt gevonden wat je wilt doen, de rest los te laten. Want de regel blijft dat iets alleen kan groeien als je er aandacht aan besteedt. Hoe meer aandacht je eraan geeft, hoe groter de groei kan zijn.

Cultuur boven skills stellen

Bij het opstarten van een nieuwe onderneming is de instinctieve aanpak vaak het aantrekken van de beste talenten in de markt; mensen met indrukwekkende cv’s en een bewezen staat van dienst. Maar in de dynamische en vaak onvoorspelbare wereld van startups, is er een aspect dat even cruciaal, zo niet belangrijker is: de bedrijfscultuur.

Stel je een team voor met briljante geesten, elk een expert in hun vakgebied, maar zonder synergie of gemeenschappelijke visie. Het resultaat? Een gefragmenteerde aanpak, botsende ego’s en een gebrek aan samenhang.

Daarom kiezen steeds meer startups voor ‘cultuur-fit’ boven technische vaardigheden. Dit betekent niet dat vaardigheden er niet toe doen; ze zijn absoluut cruciaal. Maar wat nog crucialer is, is een team dat in harmonie werkt, met gedeelde waarden en een gemeenschappelijke visie. Zo’n team kan obstakels overwinnen, zich snel aanpassen aan veranderingen en bovenal, groeien als een eenheid.

In mijn eerste startup was echt niet iedereen een expert was in een bepaald domein en was iedereen bereid om over de grenzen van hun ‘functieomschrijving’ heen te stappen. Of het nu ging om het aanspreken van de media tijdens een PR campagne of het inpakken van pakketten na kantooruren, het team deed wat nodig was. Want wat we deelden, was niet alleen een taak, maar een passie, een visie en een gemeenschappelijke bedrijfscultuur.

Het Durven Lanceren van een (On-)Af Product

Bij het op de markt brengen van een nieuw product streeft men vaak naar perfectie. Een foutloos product waar klanten dol op zijn, lijkt de ideale route. Echter, in een snel veranderende wereld kan wachten op dat ‘perfecte’ moment betekenen dat je waardevolle feedback en marktaandeel misloopt.

Daarom kiezen steeds meer ondernemers ervoor om met een zogenaamd ‘Minimum Viable Product’ (MVP) te beginnen. Dit is een versie van het product dat net voldoende kenmerken heeft om het te kunnen lanceren en de eerste reacties van klanten te verzamelen. Het doel? Leren van de gebruikerservaring, begrijpen wat werkt en wat verbeterd kan worden.

Belangrijk hierbij is de communicatie. Door transparant te zijn over het feit dat je een MVP lanceert, manage je de verwachtingen van de klant. In plaats van teleurstelling, kan dit leiden tot een gemeenschap van gebruikers die actief betrokken zijn bij de ontwikkeling van je product. Ze voelen zich gehoord en waarderen de kans om directe invloed te hebben op de verbeteringen.

Dus, terwijl het verleidelijk kan zijn om te wachten op de ‘perfecte’ versie van je product, kan het vroegtijdig lanceren van een MVP onmisbare inzichten bieden en een sterkere relatie met je klanten opbouwen. Het gaat niet altijd om perfectie, maar om progressie en aanpassingsvermogen.